12
Voor muziekbegeleiding; met bassen. Een psalm van David. Help toch Jahweh; want de trouw is verdwenen, De waarheid is zoek onder de kinderen der mensen. Men liegt elkander maar voor, Met valse harten, maar vleiende lippen. Jahweh snijde al die vleiende lippen af, De verwaande tongen van allen die zeggen: “Met onze tong zijn we sterk! We hebben onze lippen; wie kan ons aan!” Om de nood der verdrukten En het kermen der armen Ga Ik opstaan, zegt Jahweh, Om redding te brengen aan wie er naar smacht! Het woord van Jahweh Is zuiver als zilver, In een aarden smeltkroes gelouterd, Gereinigd tot zevenmaal toe. Gij zult het gestand doen, o Jahweh, En ons altijd beschermen tegen dit ras: Al zijn de bozen nog zo verwaand, En de mensen nog zo gemeen!